Zodra je met de waterslang aankomt, lijkt je paard het al spannend te vinden. Misschien schrikt hij van de eerste waterstraal of vindt hij het eng als de slang beweegt. Gelukkig kun je je paard stap voor stap helpen om hieraan te wennen. Wellicht heb je iets aan deze tips als je paard niet afgespoten kan worden.
Benader het paard met de tuinslang die nog uit is in je rechterhand, raak hem er even mee aan op zijn schouder en loop weer weg. Veel mensen beginnen juist met de benen van het paard, maar vaak vinden paarden dit juist spannender en leren ze het sneller als je van boven naar beneden werkt. Als je je paard altijd afsponst met een spons en een emmer water doe je eerst hetzelfde als hierboven beschreven met een droge spons. Het aanraken en weer weglopen is een belangrijk onderdeel hierbij. Zo leer je het paard dat hetgeen wat hij spannend vindt, weer weggaat als hij rustig blijft staan.
Zet de kraan heel zachtjes aan zodat er een klein straaltje uitkomt en benader het paard hier weer mee op zijn schouder. Probeer de slang vlakbij je paard te houden, zodat het water niet op hem spuit maar gewoon rustig over hem heen vloeit. Haal de slang weer weg zodra het paard stil blijft staan en ontspant. Als je werkt met een spons doe je een heel klein beetje water aan de spons dat je afveegt op de schouder van het paard.
Ga nu met de zachte waterstraal wat verder over zijn rug en richting de hals van het paard. Zorg ervoor dat je zelf vlakbij het paard blijf staan, zodat je met je lichaam zijn zicht op de slang blokkeert. Als je werkt met een spons beweeg je met een licht natgemaakte spons wat verder over zijn lichaam.
Werk nu door, richting zijn voorbenen. Laat de waterstraal iets zakken richting zijn voorbeen en ga direct weer terug naar zijn schouder. Zo ga je als het ware “landje veroveren”, steeds iets verder naar beneden en terug naar boven. Stop tussendoor even als hij braaf stilstaat en beloon hem voor zijn goede gedrag.
Zet nu langzaam de kraan wat harder. Het is voor het paard het makkelijkst wanneer je werkt met een zo breed mogelijke straal. Let op dat je probeert de slang steeds zo vlot mogelijk, maar wel ontspannen en rustig op het paard te plaatsen. Je zult zien dat het paard vaak het moment waarop jij aankomt het spannendste vindt,
maar wel weer ontspant zodra het water eenmaal op hem is. Begin iedere keer weer bij de schouder en ga vanuit daar verder naar de rest van zijn lichaam. Pas op bij het hoofd van het paard, dit kun je beter met de spons doen. Paarden zijn vaak erg bang dat er water in hun oren komt waardoor ze veel weerstand kunnen geven bij het afspuiten van het hoofd.
Als het afspuiten goed gaat kun je het paard gaan voorbereiden richting het vastzetten tijdens het afspuiten. Dit doe je door het paard aan een lange lijn te nemen en hem in de poetsplaats te zetten. Begin eerst weer even met afspuiten terwijl een helper het paard vasthoudt.
Gaat dit goed? Doe dan het uiteinde van de lange lijn door het oog waar je het paard aan vast kan zetten en neem het uiteinde in je hand. Het paard heeft nu wel het idee dat hij vaststaat, maar mocht hij gaan hangen of achterwaarts lopen kun je makkelijk de druk loslaten door je lijn te laten vieren.
