Dankzij technologische ontwikkelingen zijn er steeds meer mogelijkheden om een goede diagnose bij een paard te stellen wanneer deze iets mankeert. Zo kan een thermografisch onderzoek meer duidelijkheid geven over de klachten die het paard heeft. 

Thermografie is een methode die de temperatuur door middel van een infraroodcamera in kaart brengt. De oppervlakte van een paardenlichaam straalt infrarode golven uit, die niet zichtbaar zijn voor het menselijk oog. Een infraroodcamera kan deze golven wel waarnemen en zet dit om in een beeld, waardoor het voor ons zichtbaar wordt. Bij het maken van een beeld wordt er gebruik gemaakt van een kleurenschema en een temperatuurschaal. Gebruikelijk is om lage temperaturen in een donkere kleur (blauw, paars) weer te geven en hogere temperaturen in een lichte kleur (geel, rood). Doordat je met een infraroodcamera foto’s kunt maken van het paard, zonder hem verder aan te hoeven raken, is het een makkelijke, goedkope en pijnloze methode om te gebruiken. 

Maar waar kun je het dan precies voor gebruiken? In een gezonde, stabiele situatie straalt het paard een gelijkmatige temperatuur uit. Het verschilt per gebied hoe hoog deze temperatuur is, de benen van een (gezond) paard zijn bijvoorbeeld kouder dan het hoofd. Dit heeft te maken met de mate waarin een lichaamsdeel doorbloed is. Gebeurt er iets in het lichaam, bijvoorbeeld het paard blesseert zijn been, dan verandert er iets in deze doorbloeding. Door de blessure komt het immuunsysteem van het lichaam in actie en daarbij wordt er extra bloed naar het beschadigde gebied gestuurd. Meer bloed en eventueel een zwelling zorgen voor een hogere temperatuur in dat gebied. Deze verhoging is vervolgens waar te nemen met de infraroodcamera. Het lichaam hoeft niet altijd te reageren met een verhoging van de temperatuur, het kan ook zijn dat de temperatuur lager wordt bijvoorbeeld bij de vorming van littekenweefsel, afname in spierweefsel of zenuwbeschadigingen. 

Aan de hand van de beelden die er met de infraroodcamera zijn gemaakt kun je op zoek gaan naar eventuele afwijkingen in de temperatuur van het paard. Dit wordt gedaan met behulp van speciale software. Bij het analyseren van de beelden is het vooral belangrijk om te kijken naar symmetrie. De linker- en rechterhelft van het paardenlichaam zouden een gelijke temperatuur moeten hebben. Zit er een verschil tussen links en rechts? Dan is er wellicht iets aan de hand. Door het vaststellen van het temperatuurverschil tussen het mogelijke probleemgebied en de omliggende weefsels kun je een indicatie krijgen van de ernst en oorzaak van de situatie. 

Er zijn een aantal factoren waar je rekening mee moet houden bij het maken van een thermografie, anders kunnen de beelden niet betrouwbaar zijn. Temperatuur is namelijk behoorlijk beïnvloedbaar door omgevingsfactoren zoals zonlicht, wind en vochtigheid. Daarnaast moet je rekening houden met dekengebruik, arbeid en aanraking. Het beste is om het paard 2 uur voor het maken van een thermografie schoon en droog op stal te laten staan, waarvan minstens 1 uur zonder deken, en hem niet meer aan te raken. Behalve dat, is de methode betrouwbaar en robuust blijkt uit onderzoek. In dit onderzoek is er gekeken naar de invloed van camerapositie en -hoek op de resultaten. Hieruit bleek dat er een ruime marge was in het gebruik, waardoor het eenvoudig toe te passen is. Uit het onderzoek kwam ook naar voren dat de methode extreem gevoelig is voor invloeden van de wind en tocht. Het zou daarom altijd in een windstille omgeving uitgevoerd moeten worden. 

Een thermografie geeft geen einddiagnose, maar is een ondersteunend middel bij het stellen van een diagnose. Het helpt je zoeken in het juiste gebied. Bij een paard dat bijvoorbeeld kreupelheidsklachten laat zien, kan de oorzaak uit de benen, maar ook uit de rug komen. Met behulp van een thermografie wordt dit snel duidelijk en kan de juiste behandeling door een dierenarts of andere specialistische therapeut worden ingezet. Soms kan het nodig zijn om röntgenfoto’s of een MRI-scan te laten maken om meer duidelijkheid te krijgen over het probleem. Er zijn naast rugproblemen veel andere aandoeningen die met behulp van een thermografie naar boven kunnen komen. Denk hierbij aan hoefzweren, gewrichtsproblemen, peesblessures, gebitsproblemen en orgaanproblemen.