Een jong paard starten op een “sympathieke” manier zorgt voor minder stress tijdens de training

Onderzoekers vroegen zich af of er verschil zou zijn in de hoeveelheid stress als jonge paarden op de traditionele manier werden gestart, of met behulp van een “sympathieke” trainingsmethode. Daarmee bedoelden ze methodes waarbij het gedrag van het paard, het communiceren met behulp van lichaamstaal en het respecteren van zijn natuurlijke behoeften een belangrijke rol spelen. Met andere woorden, de manier waarop wij het trainen van paarden bij  e-quine.com  aanpakken. Dit bleek inderdaad uit te maken. 

 

De wetenschappers bestudeerden  het gedrag en de hartslag van 28 jonge KWPN-ers tijdens  een  trainingsperiod e van 5 weke n waarin ze zadelmak werden gemaakt en ingereden. Daarna moest elk paard een  simpele dressuurproef afleggen  in stap, draf en galop, waarin ze op beide handen grote voltes moesten kunnen maken. 

 

Bij de traditioneel getrainde groep kregen alle paarden evenveel trainingstijd per dag volgens een vooraf opgesteld schema. In week 1 werden ze gelongeerd aan het halster, vervolgens met hoofdstel, en daarna met zadel. In de tweede week werd begonnen met het rijden. Verder werden de paarden aan de lange teugel gezet en met dubbele lijnen gelongeerd. Binnen één trainingssessie ging de ruiter over het zadel hangen, volledig in het zadel zitten en werden de paarden aan de longe gestapt en gedraafd met weinig teugelcontact. Hierna nam de ruiter steeds meer contact op en aan het eind van week 2 stapten en draafden alle paarden los onder de man. Vervolgens concentreerden de trainers zich op ritme en vorm in alle gangen. 

 

Voor de andere groep werd de Freestyle-methode gebruikt, die in grote lijnen overeenkomt met de trainingsmethode waarmee we bij  e-quine.com  werken. Alle hulpen werden stap voor stap en een voor een aangeleerd voordat ze gecombineerd werden. Elk paard kreeg een eigen trainingsschema dat werd aangepast naar aanleiding van zijn vorderingen. Eerst deden de trainers grondwerk, leerden ze de paarden om van de druk af te komen, werkten ze aan de lange lijnen en gaven ze schrik- en obstakeltraining. Tijdens deze sessies begon de ruiter over het ongezadelde paard te hangen. Als dat goed ging, ging de ruiter rechtop op het paard zitten terwijl de trainer het paard leidde. Hierna wende hij het paard aan een bareback pad, een hoofdstel met een lederen bit en werd het paard met pad en hoofdstel gelongeerd. De ruiters reden in eerste instantie aan de dubbele lijnen, en uiteindelijk werd grondwerk afgewisseld met los in de bak rijden. 

 

Tijdens een test na de trainingsperiode waarin een persoon het paard  benaderde, bleken de sympathiek getrainde paarden veel minder te snuiven dan de traditioneel getrainde paarden. Gedurende de trainingsperiode lieten de traditioneel getrainde paarden meer angst- en stress-gerelateerd gedrag zien, zoals hoge spierspanning, een hoge hoofdhouding, lipbewegingen en knarsetanden. Bij de afsluitende dressuurproef bleek dat de verschillen in gedrag en technische prestaties vrij klein waren, maar dat de gemiddelde hartslag hoger was bij de traditioneel getrainde paarden. Het starten van jonge paarden op de sympathieke manier zorgde dus in dezelfde tijd voor hetzelfde trainingsniveau als bij de traditionele methode, terwijl deze paarden minder stress  hadden  tijdens de training. 

 

 

Lees hier het hele wetenschappelijk onderzoek ‘A comparison of sympathetic and conventional training methods on responses to initial horse training’.

Geef een reactie