Voor paarden bestaan er verschillende vaccinaties om de kans op bepaalde infecties en ziektes te verkleinen. Ze zijn niet allemaal verplicht en bij sommige kun je jezelf afvragen of jouw paard ze nodig heeft. Hoe dan ook is het goed om te weten welke vaccinaties er bestaan en wat ze precies doen. Zo kun je, in overleg met je dierenarts, de juiste keuze voor jouw paard maken.
Dieren hebben van nature een systeem om zich te verdedigen tegen indringers van buitenaf die infecties en ziektes kunnen veroorzaken. Dit natuurlijke verdedigingssysteem heet het immuunsysteem. Het beschermt tegen bacteriën, virussen, schimmels en parasieten. Daarnaast wordt het ook ingezet om afvalstoffen of zieke lichaamscellen (zoals kankercellen) op te ruimen. Dieren en mensen hebben een aangeboren en verworven immuunsysteem.
Het aangeboren systeem zegt het al: dit is vanaf de geboorte al aanwezig. Het lichaam maakt hierbij gebruik van fysieke barrières, zoals de huid en slijmvliezen. Deze zorgen ervoor dat de indringers niet in het lichaam komen of in het lichaam worden opgenomen. Daarnaast heeft het aangeboren systeem een algemene afweer. Dit betekent dat de witte bloedcellen die hierbij horen alle ziekteverwekkers bestrijden die ze tegenkomen. Het verworven immuunsysteem ontwikkelt zich tijdens een leven. Op het moment dat er een indringer het lichaam binnenkomt, zorgt dit systeem ervoor dat er speciale witte bloedcellen (lymfocyten) worden gemaakt. Deze afweerstoffen kunnen alleen de indringer bestrijden waarvoor ze gemaakt zijn. Het verworven systeem onthoudt welke indringers er allemaal zijn geweest. Zodra een indringer dan voor een tweede keer het lichaam binnen komt, kan het systeem sneller de juiste afweerstoffen maken en wordt de indringer sneller bestreden. Je bent dan immuun voor een bepaalde tijd, of levenslang.
En juist dit laatste is waar vaccinaties mee werken. Bij een vaccinatie worden er verzwakte of dode ziektewekkers ingespoten. Omdat ze verzwakt (of dood) zijn zal het paard niet zo ziek worden als bij een normale besmetting. Het is wel voldoende om het verworven immuunsysteem in actie te laten komen. Het lichaam zal de afweerstoffen gaan aanmaken en de ingespoten ziekteverwekkers bestrijden. Als het paard dan een keer echt in aanraking komt met de ziekteverwekker, dan heeft het lichaam de afweerstoffen sneller paraat en zou verdere ziekte of infectie voorkomen kunnen worden.
Paarden kun je verschillende vaccinaties (of inentingen) geven. Bij de KNHS is het verplicht om de basisvaccinatie tegen influenza (griep) te hebben als je deel wilt nemen aan wedstrijden. De basisvaccinatie voor influenza bestaat uit drie vaccinaties. De basisvaccinatie is een eerste vaccinatie en tussen de 21 en 92 dagen een tweede. Een derde basisvaccinatie dient binnen maximaal 6 maanden na de tweede enting gegeven te zijn. Daarna is een halfjaarlijkse of jaarlijkse herhaling nodig. Bij deelname aan internationale wedstrijden is een halfjaarlijkse herhaling verplicht. Je kunt je paard ook vaccineren voor tetanus, een infectie door een bacterie die ervoor zorgt dat spiergroepen verkrampen. De vaccinatie voor tetanus werkt hetzelfde als voor influenza: je begint met twee basisvaccinaties waarna het jaarlijks tot driejaarlijks herhaald wordt. Daarom zit de tetanusvaccinatie vaak ook bij de influenzavaccinatie inbegrepen.
Niet alle bestaande vaccinaties bieden 100% bescherming. Dit is het geval bij de vaccinaties voor Rhino. Rhino (ook wel Rhinopneumonie) kent drie verschillende vormen: verkoudheidsvorm, abortusvorm en neurologische vorm. De verkoudheidsvorm is het meest voorkomend en zorgt meestal niet voor ernstige complicaties. Je kunt het paard tweemaal per jaar vaccineren voor deze vorm, waarbij wordt aanbevolen om de hele stal in één keer te doen. Dit vaccin zorgt er dan voor dat de klachten aan de luchtwegen minder worden en het virus zich minder goed kan verspreiden. De vaccinatie voor de abortusvorm wordt drie keer tijdens de dracht toegediend. Dit vaccin is niet volledig betrouwbaar en beschermend, de merrie kan dan nog steeds ziek worden en aborteren. Er bestaat geen vaccin voor de neurologische vorm, bij deze vorm kan het paard verlammingsverschijnselen krijgen.
Voor droes, een besmettelijke ziekte veroorzaakt door een bacterie, bestaat ook een vaccinatie. De basisvaccinatie bestaat uit twee vaccinaties waarbij de tweede vier weken na de eerste wordt toegediend. Daarna dient het om de drie maanden te worden herhaald. Een droesvaccinatie is niet in alle gevallen zinvol, overleg dit daarom met je dierenarts. De meeste paarden zullen van droes ook volledig herstellen, maar er kunnen complicaties voorkomen.
Behalve de influenzavaccinatie als je wedstrijden wilt rijden, zijn de vaccinaties niet verplicht. In sommige gevallen is het wel verstandig om je paard te laten vaccineren. De risico’s kunnen per situatie, leefomgeving en paard verschillen. Overleg daarom goed met je dierenarts wat voor jou de beste optie is.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.